Gokje wagen?

Effect Wet Kansspelen of Afstand op prevalentie gokproblemen onbekend

door Mieke Ketelaars
5 minuten leestijd

Op 19 februari 2019 heeft de Eerste Kamer ingestemd met de Wet Kansspelen op Afstand. Daarmee wordt het in Nederland legaal om online kansspelen aan te bieden. Momenteel spelen veel Nederlanders online bij illegale buitenlandse aanbieders. Met de modernisering van het Nederlandse kansspelbeleid wordt het mogelijk om Nederlandse spelers beter te beschermen doordat het aanbod gereguleerd wordt. Bovendien is in de wet een zorgplicht beschreven die preventie en toeleiding naar zorg mogelijk maakt. Welk effect gaat de wet hebben op de prevalentie van gokproblemen? En biedt de wet voldoende handvatten om problematisch gokken te voorkomen?

Zorgplicht

In de zorgplicht die in de wet is opgenomen worden kansspelaanbieders verplicht spelers te informeren over de risico’s van de kansspelen. Daarnaast moeten ze informatie geven over beschikbare hulpmogelijkheden. Door middel van een getrapt preventiemodel zullen kansspelaanbieders hun interventies gaan toespitsen op het individu. De eerste stappen zijn daarbij vooral gebaseerd op het confronteren van spelers met hun eigen speelgedrag en de mogelijke consequenties. Zo zullen spelers bijvoorbeeld worden gewaarschuwd wanneer ze veel geld inleggen of langdurig gokken. In de zwaardere interventiestappen kunnen kansspelaanbieders spelers tijdelijk weren of doorverwijzen naar hulp. Spelers kunnen zichzelf overigens ook laten uitsluiten van deelname, iets dat in de praktijk maar beperkt wordt gedaan (Gainsbury, 2014).

Effect onbekend

De vraag is of de wet zal leiden tot een toe- of afname van het aantal problematische gokkers. De meningen hierover zijn sterk verdeeld (van Leeuwen, Goossens, & Lammers, 2015). Zo lijkt het momenteel strafbare karakter een afschrikkende werking te hebben, maar veel hard bewijs hiervoor is er niet. Spelers en niet-spelers zelf vermoeden dat hun gokgedrag niet zal veranderen als gevolg van de wet. En wanneer we naar vergelijkbare landen als Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk en Italië kijken, zien we geen toename van gokproblematiek na legalisering. In Denemarken heeft legalisering mogelijk wel geleid tot een toename.

Groeiend behandelaanbod

Een voordeel van de wet is dat het aandacht genereert voor het risico op gokproblemen en mogelijk effectieve behandelvormen. Momenteel lijkt vooral (cognitieve) gedragstherapie effectief om een gokverslaving (gokstoornis in de DSM-5) te behandelen. CGT richt zich in dit geval op verschillende aspecten van de verslaving: het doorbreken van geautomatiseerde gedragspatronen, het vergroten van de zelfcontrole, het beperken van de beloning die het gokken geeft en vergroten van de beloning die niet-gokken geeft.

Tegelijkertijd weten we dat verreweg de meeste mensen met een gokprobleem geen formele behandeling zoekt. Dit valt deels te verklaren vanuit de behoefte om de problemen zelfstandig op te lossen. Een dergelijke houding vraagt echter wel om nieuwe, laagdrempelige behandelvormen waarbij zelfregie centraal staat. Hoewel onderzoek op dit gebied nog in de kinderschoenen staat, lijken vooral e-health interventies hiertoe in staat. Zo blijkt uit diverse onderzoeken dat digitale CGT effectief is in het terugdringen van gokproblemen. Maar ook digitale modules gebaseerd op personalized normative feedback (PNF) worden genoemd als mogelijk effectief (Hodgins, Cunningham, Murray, & Hagopian, 2019). Bij PNF krijgen problematische gokkers een overzicht van hun gokactiviteiten en worden deze vergeleken met de algemene bevolking (de norm). Een interessante vraag die bij PNF centraal staat is of persoonlijk contact met een therapeut noodzakelijk is voor het slagen van de behandeling. Zonder therapeut zou een dergelijke aanpak immers zeer laagdrempelig en kosteneffectief zijn. Daarnaast is het nog onvoldoende bewezen of de spiegeling aan de norm bijdraagt aan de effectiviteit van de behandeling of dat dit ook contraproductief kan zijn.

Hoe verder?

Feitelijk wordt er met de zorgplicht een eerste stap gezet om online probleemgokkers te identificeren en te begeleiden. In die zin kan de wet mogelijk bijdragen aan het tegengaan van gokproblematiek. Bovendien lijkt de aanpak vanuit de zorgplicht op die van personalized feedback. De spelers krijgen immers informatie over hun spelgedrag. De vraag is echter of een dergelijke aanpak voor de zwaardere problematische gokkers afdoende is. Daarnaast doet de hoge mate van terugval vermoeden dat we er met behandeling voor gokproblematiek nog lang niet zijn. Of de wet uiteindelijk zal doen wat het belooft, blijft dan ook nog een gok.

Bronnen

  • Gainsbury, S. M. (2014). Review of self-exclusion from gambling venues as an intervention for problem gambling. Journal of Gambling Studies30 (2), 229-251.
  • Hodgins, D. C., Cunningham, J. A., Murray, R., & Hagopian, S. (2019). Online Self-Directed Interventions for Gambling Disorder: Randomized Controlled Trial. Journal of gambling studies, 1-17.
  • Leeuwen, L. van, Goossens, F. X., & Lammers, J. (2015). Preventieplan Kansspelen op Afstand. Preventiekoersen voor het voorkomen van (online) kansspelverslavingsproblematiek. Utrecht: Trimbos Instituut.

Misschien ook interessant voor jou