Nieuwe effectieve interventie voor eetstoornissen

Ongeveer 70% van cliënten zou hiermee geholpen zijn

door VGCt
4 minuten leestijd

In de vakliteratuur was de afgelopen maanden veel aandacht voor Cognitive behavioral therapy-enhanced (CBT-E), een veelbelovende, transdiagnostische interventie voor eetstoornissen. CBT-E is ontwikkeld door Fairburn en collega’s, en laat in meerdere studies een beter behandeleffect zien dan reguliere CGT. Ongeveer 70% van de cliënten met een eetstoornis zou met deze interventie geholpen zijn. Dat is een hoog percentage bij deze doelgroep. CBT-E kan bovendien zorgen voor een kortere behandelduur en minder uitval bij de behandeling.

Auteur: Nienke van Sambeek

Intensieve behandeling en sterke focus

Regelmatig hebben mensen met een eetstoornis al meerdere onsuccesvolle hulpverleningstrajecten achter de rug, waardoor hun motivatie ambivalent is en ze vaker uitvallen. CBT-E speelt hierop in door mensen hoop te bieden, een goede werkrelatie tot stand te brengen en in de beginfase van de therapie intensief te behandelen en sterk te focussen op positieve gedragsverandering. Ook wordt de behandelvoortgang hoogfrequent bijgehouden om tijdig bij te kunnen sturen bij stagnatie.

CBT-E is meer dan alleen een nieuw behandelprotocol. Het vereist een radicalere verandering in het behandelklimaat en de inrichting van zorg. Er ligt bijvoorbeeld een sterke nadruk op eigen verantwoordelijkheid en wederkerigheid in de therapeutische relatie. Praktisch betekent dat onder meer dat cliënten altijd zelf bij een teamoverleg aanwezig zijn en dat de ‘bestraffende’ interventies die soms worden gehanteerd bij het niet opvolgen van (eet)regels uit den boze zijn. Dat betekent niet dat de behandeling vrijblijvend is. Het is juist een vrij streng behandeltraject, met een vaste opbouw en een vaste behandelduur van twintig sessies, ongeacht de ernst van de stoornis. Zo blijven cliënt en therapeut bij de les.

Minder interventies

In CBT-E leren mensen om kritisch naar hun lichaam en eetgedrag te kijken. Zij leren een aantal vaardigheden en technieken waarmee ze hun probleemoplossend vermogen kunnen vergoten. De behandeling is nadrukkelijk spaarzaam in het aanbieden van interventies. Men leert de cliënt alleen strategieën die voor hen relevant zijn en die ingrijpen op de kernsymptomen die de stoornis in stand houden. De veronderstelling is dat dit automatisch leidt tot een vermindering van secundaire symptomen.

Nieuw aan de benadering is ook dat de precieze DSM-classificatie er niet toe doet. In CBT-E worden eetstoornissen als transdiagnostische categorie beschouwd en gaat men ervan uit dat verschillende eetstoornissen veel overeenkomsten hebben en hetzelfde onderliggende mechanisme delen. CBT-E dient zo veel mogelijk ambulant te worden aangeboden. Als een opname onoverkomelijk is, wordt de cliënt gestimuleerd zoveel mogelijk tijd buiten de afdeling door te brengen, om de overgang naar het normale leven zo klein mogelijk te maken.

Novarum, een behandelcentrum voor eetstoornissen, werkt sinds 2015 alleen nog met CBT-E. Elske van den Berg en collega’s en schreven hier een artikel over met handreikingen voor de implementatie. Dit artikel is gepubliceerd in Gedragstherapie.

Bronnen

  • Van den Berg, E., Schlochtermeijer, D., Goudriaan, A., & Dekker, J. (2017) Implementatie van cognitive behavioral therapy-enhanced in een regulier behandelcentrum voor eetstoornissen. Gedragstherapie, 50 (2). 86-99.
  • Interviews met Christopher Fairburn en Elske van den Berg, GZ-psychologie, 3, 2017.

Misschien ook interessant voor jou