Sociaal-emotionele vaardigheidstrainingen bij kinderen

Niet alle onderdelen even effectief

door VGCt
5 minuten leestijd

Hoe stel je grenzen, hoe kom je voor jezelf op en hoe ga je op een respectvolle manier met elkaar om? Sociale en emotionele vaardigheden zijn onmisbaar in het leven. Om deze vaardigheden op jonge leeftijd te versterken, zijn er allerlei trainingen en programma’s voor kinderen op de markt. Maar niet alle oefeningen die in sociaal-emotionele vaardigheidstrainingen zijn opgenomen werken even goed, concludeert orthopedagoog en onderzoeker Brechtje de Mooij van de Universiteit van Amsterdam in haar proefschrift.

Auteur: Otje van der Lelij

Waarom dit onderzoek?

‘Wie op zoek is naar een sociaal-emotionele vaardigheidstraining voor kinderen, komt van alles tegen. De meeste trainingen bestaan uit een mix van bekende oefeningen, zoals exposure, psycho-educatie en stevig staan. Van al deze afzonderlijke onderdelen ben ik gaan onderzoeken hoe effectief ze zijn. Het idee erachter: Als we weten wat goed werkt, dan wordt het makkelijker om een effectief programma in elkaar te zetten.’

Hoe ben je te werk gegaan?

Allereerst heb ik een meta-analyse uitgevoerd om te achterhalen welke oefeningen al bewezen effectief zijn. En hoeveel oefeningen nodig zijn om een optimaal effect te bereiken. Wat blijkt nu? Psycho-educatie is zeer effectief. Programma’s die psycho-educatie-oefeningen bevatten laten grotere effecten zien dan programma’s die dit element niet bevatten. Ik heb niet gekeken naar volgorde effecten, oftewel wanneer behandelaars psycho-educatie het beste kunnen geven. Maar duidelijk is dat het werkt. Ook onderdelen waarin kinderen het gewenste gedrag daadwerkelijk moeten gaan oefenen, zijn effectief. Exposure valt hieronder, maar ook het versterken van interpersoonlijke vaardigheden zoals duidelijk leren praten of een ruzie leren bijleggen. Daarbij maakt de dosis verschil: interventies met drie tot zes psycho-educatieoefeningen en elf tot twintig interpersoonlijke vaardigheidsoefeningen hebben het grootste effect.’

Je hebt ook onderzoek gedaan op basisscholen. Kwamen hier nog interessante dingen uit?

‘Absoluut! Met behulp van een aantal experimenten (microtrials) op basisscholen heb ik onderzocht wat het effect is van verschillende oefeningen op het overwinnen van sociale angst en spreekangst, en het versterken van zelfvertrouwen en prosociaal gedrag bij kinderen. Hieruit blijkt dat exposure en cognitieve herstructurering beide effectief zijn in het verminderen van sociale angst en spreekangst. Cognitieve herstructurering is ook een effectief middel om het zelfvertrouwen en de weerbaarheid van kinderen te vergroten. Kortom: het omvormen van gedachten vermindert niet alleen angst, het maakt kinderen ook weerbaarder en geeft ze zelfvertrouwen.’

Uit je onderzoek blijkt dat psychofysieke oefeningen helemaal niet zo effectief zijn, terwijl die in veel populaire sociale vaardigheidstrainingen wel zijn opgenomen. Moeten die nu uit het programma worden geschrapt?

‘Nee dat denk ik niet. Psychofysieke oefeningen, zoals stevig leren staan, lijken inderdaad weinig te doen voor het zelfvertrouwen en de weerbaarheid van kinderen. Met als kanttekening dat het om één onderzoek gaat. Toch zijn deze oefeningen van toegevoegde waarde. Kinderen geven aan dat ze psychofysieke oefeningen heel leuk vinden. Ik zou dit onderdeel dan ook zeker niet uit het programma schrappen, want juist door actieve oefeningen krijg je kinderen mee. Het zou wel mooi zijn als het veld kan onderzoeken of psychofysieke oefeningen bijvoorbeeld een meer cognitieve herstructurering-grondslag kunnen krijgen. En ik kan me ook voorstellen dat psycho-educatie via een psychofysieke oefeningen kan worden aangeboden.

Tot slot vonden we dat autonomie-oefeningen (zoals de kanjerpetten-oefening) waarin kinderen leren om te kiezen hoe ze zich willen gedragen en hierin een zekere verantwoordelijkheid hebben, ook effectief zijn.’

Wat kunnen behandelaren met dit onderzoek?

‘Het is wederom aangetoond dat cognitieve herstructurering, exposure en autonomie-oefeningen heel goed werken. Cognitieve herstructurering is een vrij simpele oefening waarmee je grote effecten kunt behalen bij kinderen. Als kinderen weten hoe ze hun gedachten kunnen aanpassen, dan kunnen ze dat overal toepassen. Ook is het aan te raden om altijd gebruik te maken van psycho-educatieve oefeningen en gedragsoefeningen, gericht op interpersoonlijke vaardigheden en om de eigen verantwoordelijkheid en autonomie van kinderen te benadrukken.’

Bron

  • de Mooij, B., Fekkes, M., Scholte, R. H. J., & Overbeek, G. (2020). Effective Components of Social Skills Training Programs for Children and Adolescents in Nonclinical Samples: A Multilevel Meta-analysis. Clinical Child and Family Psychology Review23(2), 250–264.

Misschien ook interessant voor jou