
Socialeangststoornis
Patiënteninformatie voor volwassenen
Het is heel normaal om sommige sociale situaties spannend te vinden. Veel mensen zijn gespannen als ze naar een feestje gaan waar ze niemand kennen. Of wanneer ze een presentatie moeten houden. Maar als die angst heel groot wordt en je sociale leven gaat beïnvloeden kan er sprake zijn van een socialeangststoornis. Bij een socialeangststoornis ben je angstig of heel gespannen in sociale situaties waarin je mogelijk beoordeeld wordt of in de aandacht staat. Zoals: pauzes op het werk, vergaderingen, verjaardagen, feestjes, uitgaan of spreken in het openbaar.
Wat voel je?
- Gespannen/angstig in de omgang met anderen
- Gespannen/angstig bij het vooruitzicht op een sociale situatie
- Blozen
- Trillende handen
Je gaat dit soort situaties liever uit de weg. Welke situaties dat zijn, verschilt per persoon. Bij deze stoornis kun je bang zijn dat andere mensen negatief over je denken. Of dat je je op een beschamende manier zal gedragen. Ook faalangst is een vorm van sociale angst.
Hoe ontstaat een socialeangststoornis?
Zoals bij de meeste psychische stoornissen is er geen specifieke oorzaak voor aan te wijzen. Als er in jouw familie socialeangststoornissen voorkomen, is de kans groter dat jij dat ook ontwikkelt. Ook speelt de omgeving waarin je bent opgegroeid een rol. Wanneer jouw ouders sociale situaties uit de weg gingen, kun je dit hebben overgenomen. Je hebt dan misschien geleerd dat sociale situaties eng zijn.
Als je sociale situaties spannend vindt, ga je die situaties liever uit de weg. Dat noemen we vermijding. Je gaat bijvoorbeeld niet meer naar feestjes toe, of je voelt je ziek als je een praatje moet geven. Vermijding is een begrijpelijke reactie. Want het geeft op korte termijn ontspanning en rust.
Maar op de lange termijn is dit vermijdingsgedrag schadelijk. Het zorgt er voor dat de angst blijft bestaan en zelfs kan toenemen. Je krijgt namelijk geen kans om te ontdekken dat niet gebeurt waarvoor je bang bent. Bijvoorbeeld dat je heus al je tekst niet vergeet tijdens een presentatie.
Bij het ontstaan en blijven bestaan van angst zijn ook gedachten belangrijk. Angst zorgt er namelijk voor dat je het gevaar groter inschat dan dit echt is. Je denkt bijvoorbeeld dat je collega’s je presentatie heel negatief gaan beoordelen. Terwijl de kans daarop maar heel klein is.
Samen met het vermijden van moeilijke situaties kunnen de gedachten ervoor zorgen dat je in een negatieve spiraal terechtkomt. Uiteindelijk kan die angst zo erg worden dat er een socialeangststoornis ontstaat.
Eén op de 11 mensen krijgt ooit een socialeangststoornis.
Wanneer heb je hulp nodig?
Vermijd je feestjes en borrels? Voel je je erg angstig als je met anderen praat? Voel je je bijna ziek bij de gedachte aan het houden van een presentatie? Dan heb je mogelijk een socialeangststoornis. Je hebt hulp nodig als je angst je normale, dagelijkse bezigheden belemmeren. Twijfel je of je hup nodig hebt? Bespreek het met je huisarts.
Cognitieve gedragstherapie werkt goed
Cognitieve gedragstherapie (CGT) is een behandeling bij een socialeangststoornis. Uit onderzoek blijkt dat CGT effectief is bij een socialeangststoornis: meer dan de helft van de mensen met een gegeneraliseerde socialeangststoornis heeft er baat bij. Bij een specifieke socialeangststoornis is dit nog hoger. Daarom is CGT de eerste keus in de officiële richtlijnen voor de behandeling van angstklachten. Wanneer de behandeling niet voldoende aanslaat, wordt dit soms ondersteund met medicatie.
Wil je zeker zijn van een goede CGT-behandeling? Ga dan naar een behandelaar die ingeschreven is bij de VGCt. Dan krijg je een therapeut die goed opgeleid en nageschoold is.
Hoe gaat CGT bij sociale angst?
Je gedrag en gedachten houden je angst in stand. Tijdens de therapie ga je actief werken aan het veranderen daarvan. Ook belangrijk bij CGT is dat je leert door dingen te ervaren. Dat alles gebeurt stap voor stap. De therapeut is de angst- en CGT-expert. De cliënt is de expert over zichzelf. CGT is een dan ook actieve samenwerking tussen beiden.
Eerst krijg je uitleg over hoe je lichaam werkt bij angst. Daardoor leer je beter herkennen hoe je lijf op sociale angst reageert. Bijvoorbeeld dat als je veel op jezelf let, je meer verschijnselen van angst voelt. Zoals blozen, trillen of je onhandiger gedragen. Samen met de therapeut doe je oefeningen om je aandacht meer te richten op de taak dan op jezelf.
Samen met de therapeut ga je oefeningen doen met de situatie die je spannend vindt. Dit heet exposure. Je gaat bijvoorbeeld een presentatie geven voor anderen. Hierdoor leer je dat zo’n situatie niet zo vreselijk is als je dacht. Dat je je tekst niet vergeet. Of dat je best uit je woorden kunt komen. Je merkt dus dat de vreselijke dingen die je had bedacht niet gebeuren. Hoe vaker je oefent, hoe meer je angst afneemt.
Daarnaast leer je tijdens CGT ook om op een andere manier te denken over jezelf. Bijvoorbeeld dat anderen helemaal niet in de gaten hebben dat je angstig bent. En dat als ze het wél merken, ze vaak juist positiever over je denken.
Je gaat tijdens CGT dus samen actief aan de slag met je gedrag en gedachten. Daardoor doorbreekt je de negatieve spiraal van gedachten, gevoelens en gedrag. Bedenk wel dat het moed vergt om datgene weer te gaan doen dat je het liefst vermijdt. Vaak neemt daarom de angst in het begin toe. Maar je zult merken dat die angst langzaam afneemt na een aantal sessies.
De therapie duurt meestal 8 tot 25 sessies. Hoeveel CGT er precies nodig is, hangt af van de ernst van de klachten. Een specifieke sociale fobie kan bijvoorbeeld sneller verholpen worden dan een gegeneraliseerde sociale fobie. Ook ga je in het dagelijkse leven oefenen. De belangrijkste verandering vindt buiten de spreekkamer plaats.
Naast cognitieve gedragstherapie krijgen sommige mensen ook medicijnen.
Meer weten?
- Angststoornis – Mentaal Vitaal
- Specifieke fobie – Thuisarts
- Angst- en dwangklachten – Angst Dwang en Fobie stichting (ADF stichting)