Trauma

Patiënteninformatie voor volwassenen

door VGCt
6 minuten leestijd

Als je een schokkende of ingrijpende gebeurtenis meemaakt, kun je daar last van krijgen. Bijvoorbeeld wanneer je een ongeluk hebt meegemaakt. Of wanneer je (seksueel) geweld hebt meegemaakt of een naaste hebt verloren. Een schokkende gebeurtenis kan één keer voorkomen, zoals bij een ongeluk, maar zich ook herhalen zoals bij misbruik. Sommige mensen hebben maar weinig last van zo’n schokkende gebeurtenis, andere mensen meer. Het is moeilijk om te voorspellen welke mensen er last van krijgen.

Wat voel je?

  • Vermijden van gedachten, gevoelens, plaatsen of personen die aan de gebeurtenis doen denken
  • Continu (veel) moeten denken aan of dromen over de gebeurtenis
  • Prikkelbaar en moeite met concentreren
  • Overdreven schrikreacties
  • Negatieve veranderingen in gedachten en gevoelens (bijvoorbeeld schuldgevoelens)
  • Gevoelens van schuld of waardeloosheid

Hoe ontstaat een trauma?

Wanneer mensen een traumatische gebeurtenis meemaken, kunnen ze nadien situaties uit de weg gaan die hen aan de gebeurtenis doen denken. Dat noemen we vermijding. Zo kan iemand die een overval heeft meegemaakt niet meer naar de plek willen waar het is gebeurd. Dat is een begrijpelijke reactie, want het zorgt dat je minder last hebt van angst en vervelende gedachten. Maar op de lange termijn is dit vermijdingsgedrag schadelijk. Het zorgt er namelijk voor dat de angst blijft bestaan en zelfs kan toenemen. Ook zien we dat mensen vaak moeten terugdenken aan de gebeurtenis, zonder dat ze dat willen. Hierdoor worden hun angsten steeds sterker.

Door dingen te vermijden en door steeds maar angstige gedachten te hebben, maak je het jezelf steeds lastiger. Je krijgt zo geen mogelijkheid om te ontdekken dat de dingen waar je bang voor bent vaak helemaal niet gebeuren. Stel dat je bang bent voor een nieuwe overval. Als je daardoor niet meer naar de winkel gaat, dan merk je niet dat er meestal niets gebeurt. Door het vermijden worden de problemen dus erger. Uiteindelijk kan dit uitlopen op een posttraumatische stressstoornis.

Schokkende gebeurtenissen komen vaak voor. Ongeveer 80 procent van de Nederlanders maakt een schokkende gebeurtenis mee. Ongeveer 7 procent daarvan ontwikkelt een posttraumatische stressstoornis.

Wanneer heb je hulp nodig?

Denk je continu of heel veel aan de schokkende gebeurtenis? Ga je situaties die je aan de gebeurtenis doen denken uit de weg? Je hebt hulp nodig als de problemen je normale, dagelijkse bezigheden belemmeren. Twijfel je of je hulp nodig hebt? Bespreek het met je huisarts.

Cognitieve gedragstherapie werkt goed

Cognitieve gedragstherapie (CGT) is een effectieve behandeling voor PTSS en andere trauma-gerelateerde klachten. Uit onderzoek blijkt dat CGT effectief is bij traumatische klachten: ongeveer 5 op de 10 mensen hebben er baat bij. Daarom is CGT één van de eerste keus behandelingen in de officiële richtlijnen voor de behandeling van traumatische klachten. Naast CGT is EMDR ook een effectieve behandeling voor PTSS.

Wil je zeker zijn van een goede CGT-behandeling? Ga dan naar een behandelaar die ingeschreven is bij de VGCt. Dan krijg je een therapeut die goed opgeleid en nageschoold is.

Naast een registratie als cognitief gedragstherapeut is het wenselijk dat therapeuten specifieke nascholing hebben gehad in de behandeling van traumagerelateerde klachten. Wil je er zeker van zijn dat dit het geval is, kijk of vraag dan naar een therapeut die ook geregistreerd staat als psychotraumatherapeut (www.ntvp.nl/register).

Hoe gaat CGT bij trauma?

Je gedrag en gedachten houden de traumatische klachten in stand. Tijdens de therapie ga je actief werken aan het veranderen daarvan. Ook belangrijk bij CGT is dat je leert door dingen te ervaren. Dat alles gebeurt stap voor stap. De therapeut is de trauma- en CGT-expert. De cliënt is de expert over zichzelf. CGT is een actieve samenwerking tussen beiden.

Eerst krijg je uitleg over hoe PTSS werkt. Je leert bijvoorbeeld waarom je steeds herbelevingen krijgt. En dat dit naar is maar onschuldig.

Samen met de therapeut werk je aan het verwerken van de herinneringen. Dit kan op verschillende manieren. Soms wordt gewerkt met verhalen en tekeningen die je maakt over de gebeurtenis. Ook ga je dingen in het dagelijks leven weer opzoeken, zoals de plek waar het gebeurde. Daarbij leer je om beter om te gaan met situaties die doen denken aan de schokkende gebeurtenis.

Ook kijk je samen met de therapeut naar jouw gedachten. Je leert anders over dingen na te denken. Bijvoorbeeld dat het niet jouw schuld was, en dat niet overal gevaar dreigt.

Je gaat dus samen met de therapeut actief aan de slag je gedrag en gedachten. Daardoor doorbreek je de negatieve cirkel van gedachten, gevoelens en gedrag. En door te oefenen met ander gedrag doe je ook nieuwe leerervaringen op.

Hoe lang de behandeling duurt, hangt af van de ernst van de klachten. Gemiddeld zijn tussen de 5-15 sessies nodig. Daarnaast oefen je in het dagelijkse leven. De belangrijkste verandering vindt buiten de spreekkamer plaats.

Meer weten?

Misschien ook interessant voor jou