Behandel de ouder, behandel het kind

Ouderinterventies effectief bij angstige kinderen

door Mieke Ketelaars
4 minuten leestijd

Steeds vaker proberen we via ouderinterventies in te grijpen op individuele problematiek van kinderen. Zo ook in het geval van angststoornissen. Maar hoeveel kans van slagen heeft dat? Uit een recente meta-analyse van Charlotte Jewell en collega’s blijkt dat ouderinterventies inderdaad effectief zijn. Of het leidt tot betere behandeluitkomsten dan individuele behandelingen, blijft echter de vraag.

Individuele behandeling stelt hoge eisen aan de motivatie van een kind. Het is dan ook niet zo gek dat de laatste tijd steeds vaker wordt onderzocht in hoeverre zogenaamde ouderinterventies ingezet kunnen worden. Bij dit type interventie krijgen ouders de kennis en vaardigheden aangeleerd om de angstproblematiek van hun kind zelf aan te pakken. De wijze waarop dat wordt gedaan, de duur van de interventie en de mate van contact met therapeuten verschilt van interventie tot interventie.

Naast het omzeilen van eventueel motivationele problemen, hebben ouderinterventies nóg een voordeel. Ouders houden de angstproblemen van hun kind namelijk vaak onbewust en onbedoeld in stand. Met een ouderinterventie pak je dat gemakkelijker mee, waardoor de behandeluitkomst mogelijk beter is dan wanneer je alleen het kind zou behandelen.

Grote variatie

Tot zover de theorie. Het bewijs voor de effectiviteit van ouderinterventies is namelijk niet eenduidig. Daar komt nog eens bij dat veel onderzoeken ouder- en kindinterventies combineren. Een waardevolle insteek, maar niet één die het makkelijk maakt om uitspraken te doen over de specifieke meerwaarde van een ouderinterventie. Met die reden selecteerden Jewell en collega’s voor hun meta-analyse enkel onderzoeken waarin ook een pure ouderinterventie werd meegenomen. Uiteindelijk vonden ze 29 studies, met in totaal 2916 participanten. Het merendeel van de ouders was vrouwelijk en de gemiddelde duur van de interventies lag op 10 tot 12 weken. Interventies met een CGT-grondslag voerden de boventoon.

Positief effect

De resultaten van de meta-analyse laten duidelijk zien dat ouderinterventies effectief zijn in het (langdurig) verminderen van angstsymptomen van kinderen. Maar dat positieve effect wordt alleen gesignaleerd door ouders. Wanneer metingen van kinderen zelf als uitkomstmaat worden genomen, is er geen effect zichtbaar. Een opvallend resultaat dat de onderzoekers verklaren door verschillen in perceptie, problemen in het goed beschrijven van het niveau van angst en beperkingen van de gebruikte vragenlijsten zelf.

Ook wanneer ouderinterventies met andere interventies worden vergeleken zijn er geen duidelijke effecten. Dat wil zeggen: ouderinterventies leiden niet tot een betere behandeluitkomst dan gecombineerde interventies of individuele behandeling.

Kwaliteitscontrole

In hun artikel merken de onderzoekers op dat de kwaliteit van veel onderzoeken beneden de maat is. Slechts vier van de opgenomen onderzoeken hadden het keurmerk ‘sterk’, terwijl maar liefst 19 onderzoeken het etiket ‘zwak’ opgeplakt kreeg. Vrij ernstig, totdat je je beseft dat de onderzoekers er een vrij strenge kwaliteitscontrole op na hielden.

De conclusie lijkt daarmee dat ouderinterventies op zijn minst overwogen moeten worden bij de behandeling van angststoornissen in kinderen. Of dat in de praktijk meerwaarde heeft, zal waarschijnlijk afhangen van de omstandigheden van het kind en het gezin.

Meer weten over ouderinterventies met een CGT-grondslag? Ook Bangmin Yin en collega’s deden recent een meta-analyse. In tegenstelling tot de bredere focus van Jewell en collega’s richtten zij zich specifiek op CGT-interventies. Spoiler alert: de resultaten komen overeen met die van Jewell et al.

Bron

• Jewell, C., Wittkowski, A., & Pratt, D. (2022). The impact of parent-only interventions on child anxiety: A systematic review and meta-analysis. Journal of Affective Disorders. https://doi.org/10.1016/j.jad.2022.04.082

Misschien ook interessant voor jou