De aanvaardbaarheid van het lijden

door Mieke Ketelaars
3 minuten leestijd

De afgelopen maanden maakt de psychiatrie een existentiële crisis mee. Een kleine inzinking, want psychiaters weten dat natuurlijk heus wel recht te trekken. De discussie gaat vooral over de mensenmassa die zich aanmeldt voor psychische ondersteuning. Zijn er het er te veel of niet, zijn het de juiste mensen, en mogen we ze dan patiënten blijven noemen of zijn het cliënten?

Damiaan Denys, vooraanstaand psychiater en tevens voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor de Psychiatrie (NVvP) heeft er in ieder geval een duidelijke mening over. In de huidige samenleving verwachten we alles maar te kunnen en continu gelukkig te zijn. Wanneer er dan een onvermijdelijke botsing met de realiteit komt, volgt de stap richting hulpverlening.

De oplossing die Denys dan ook voorstelt is simpel: we moeten onze verwachtingen naar beneden bijstellen. We moeten leren lijden, want het leven is niet zo maakbaar als we denken. Dus geen feestjes meer met een pilletje omdat het anders maar saai is. Geen impulsaankopen als gevolg van social media-jaloezie. Nee, Denys wil dat we collectief door het bos gaan struinen, geduld oefenen en vrijwilligerswerk oppakken. We moeten de principes van onze calvinistische achtergrond – soberheid, zuinigheid en lijdzaamheid – dus wat meer praktiseren.

Maar Denys is tegelijkertijd een pragmaticus: hij neemt ook genoegen met cafébezoekjes met échte vrienden. Dat moet dan wel gepaard gaan met de acceptatie het in feite helemaal niet zo leuk is.

Ik kan me er best in vinden. De huidige maatschappij zet inderdaad vooral in op maakbaarheid, geluk, controle. En als je dan merkt dat die principes in jouw situatie niet opgaan, voelt dat toch onaangenaam. Maar zijn het de mensen die een realiteitscheck hebben gehad die bij ons aankloppen? En mocht dat zo zijn, moeten we die dan wegsturen?

De resultaten van het recente onderzoek van het Trimbos-instituut zijn wat mij betreft reden om daar aan te twijfelen. Uit dat onderzoek blijkt namelijk dat subklinische angstklachten vaak niet vanzelf over gaan. Maar liefst 40 procent van de mensen met een subklinische vorm van angst blijkt na drie jaar nog steeds angstklachten te hebben. Die hebben dan naar alle waarschijnlijkheid te weinig bomen geknuffeld in de ogen van Denys. Het probleem is echter nog groter: bij 14 procent zijn de angstklachten dusdanig geëscaleerd dat er inmiddels sprake is van een angststoornis.

Vanuit zowel menselijk als economisch oogpunt moeten we ons afvragen of het wenselijk is om deze groep aan te laten modderen met bomen, vrijwilligerswerk of een cafeetje. Kennelijk redden ze het daar niet mee.

Maar goed, mijn werkdag zit erop. Tijd om een poosje te lijden. Ik ga op zoek naar wat zingeving in de kroeg, met een vriendin, zonder pilletje. Want wees eerlijk: life sucks.

Lees hier de samenvatting van het Trimbos onderzoek en hier het interview met Damiaan Denys.

Misschien ook interessant voor jou