Vragenlijsten inzetten in de praktijk? Jazeker!

Hoe ontwikkel en verwerk je vragenlijsten?

door Mieke Ketelaars
7 minuten leestijd

Denk jij dat je als praktiserende therapeut niets te maken hebt met het ontwikkelen en uitzetten van vragenlijsten? Dan heb je het mis, want vragenlijsten kunnen goed worden ingezet om negatieve overtuigingen van je patiënt aan de realiteit te toetsen. Hoe? Dat vertellen we hier, aan de hand van het artikel van Hannah Murray en collega’s.

Waarom vragenlijsten?

Eerst iets over het waarom van vragenlijsten. Zoals gezegd lenen vragenlijsten zich uitermate goed voor het toetsen van specifieke negatieve overtuigingen. Vaak schamen patiënten zich namelijk voor hun problemen. Die houding maakt dat ze zich terugtrekken en hun gevoelens en gedachten niet bespreken. En dat zorgt er vervolgens voor dat ze belangrijke correctieve leermomenten missen.

Een simpel voorbeeld. Stel dat je patiënt zich schaamt omdat hij vaak bloost en hij denkt dat anderen hem daardoor dom vinden. Met behulp van een vragenlijst kan je patiënt ontdekken dat blozen helemaal niet wordt gezien als teken van domheid en dat de meeste mensen het een hele normale reactie vinden.

Maar vragenlijsten kunnen ook nuttig zijn om te achterhalen wat een normale benchmark is. Als je bijvoorbeeld wilt weten hoe lang anderen bezig zijn met handen wassen of schoonmaken. Door inzicht in wat anderen doen, wordt het makkelijker om je daartoe te verhouden.

Ook als je patiënt overweegt om een specifieke ervaring te delen kan een vragenlijst nuttig zijn. De vragenlijst is dan eigenlijk een proeftuintje om te kijken hoe anderen op onthulling reageren. Vaak blijkt uit een survey dat anderen veel minder veroordelend zijn dan je patiënt verwacht.

Denk je dat het ontwikkelen van een vragenlijst een tijdsintensieve onderneming is? Volgens Murray is dat absoluut niet het geval. Met tien tot twintig minuten zou je een prima vragenlijst moeten kunnen opstellen, die je vervolgens alleen nog hoeft in te voeren en weg te sturen. Maar waar begin je? We zetten de belangrijkste tips uit het artikel voor je op een rijtje.

Wie ga je vragen?

Een van de belangrijkste vragen die je van te voren goed moet hebben uitgedacht, is de vraag aan wie je de vragenlijst gaat voorleggen. Welke respondenten zijn het meest betekenisvol gezien deze overtuiging bij deze patiënt? Door hier van tevoren goed over na te denken, voorkom je dat antwoorden als nutteloos worden afgedaan. Voor een moeder met een postnatale depressie kan het bijvoorbeeld heel relevant zijn om de mening te horen van andere nieuwbakken moeders, maar niet van vrouwen zonder kinderen.

Natuurlijk heb je aan één antwoord niet genoeg. Murray en collega’s adviseren om de survey naar tien tot twaalf personen te sturen, zodat je zo’n acht tot tien reacties krijgt. Dat zorgt ervoor dat je voldoende data hebt, maar voorkomt dat een patiënt het overzicht verliest.

Wat vraag je?

Wat je moet vragen hangt natuurlijk af van de overtuigingen van je patiënt. Bedenk dat er allerlei vormen mogelijk zijn: vragen, verhaaltjes, foto’s, als het maar relevant is voor de betreffende overtuiging. Stel de vragenlijst samen met je patiënt op.

Natuurlijk wil je je respondenten niet volledig overvallen met een vragenlijst van negentig vragen. Hou je vragenlijst dus zo kort en duidelijk als mogelijk. Murray en collega’s adviseren de lijst te beperkten tot maximaal tien items. Start daarbij met open vragen en stel daarna meer specifieke vragen die gericht zijn op de negatieve overtuigingen van de patiënt. De open vragen laten namelijk zien dat mensen vaak heel verschillend denken over zaken. De specifieke vragen zijn juist bedoeld om aan te tonen dat de negatieve overtuiging van de patiënt niet strookt met de werkelijkheid. Wil je de vragenlijst mooi afsluiten? Stel dan een vraag die compassie oproept. Dat kan zoiets zijn als: wat zou jij zeggen tegen een vriend die in deze situatie zit? Dit zijn vaak prachtige eye-openers voor je patiënt.

Hoe zet je een vragenlijst uit?

Je hebt een survey ontworpen en dan? De beste manier om anonieme, eerlijke antwoorden te krijgen is volgens Murray via online platforms als Survey Monkey of Google Forms. Laat de patiënt de survey naar kennissen sturen, maar doe dat zelf ook zodat je voldoende respons krijgt. Let er overigens wel op dat het anoniem blijft, mocht je patiënt dat willen.

Hoe bespreek je de resultaten?

En dan zijn er natuurlijk nog de resultaten. Wanneer er voldoende reacties binnen zijn, wil je die bespreken met je patiënt. Zorg ervoor dat je zelf van tevoren op de hoogte bent van de antwoorden, zodat je waar nodig kunt bijsturen. Activeer vervolgens eerst de verwachtingen van je patiënt. Welke reacties verwacht die? Bekijk dan gezamenlijk de uitkomsten en stel vragen om je patiënt aan te zetten tot reflectie. Wil je dat je patiënt er echt iets van leert, dan is het volgens Murray verstandig om de leerpunten op te schrijven. En natuurlijk kijk je ook hoe je vanuit die leerpunten verder gaat met je behandeling.

Die ene negatieve reactie

Tja en dan is daar die ene reactie die de overtuiging van je patiënt juist staaft. Het komt een enkele keer voor, maar laat dat je niet tegenhouden. Help je patiënt om de reactie in de bredere context te bekijken. Hoeveel van dat soort reacties zijn er? Is dat er één ten opzichte van 19 die er anders naar kijken? Wat zegt dat dan?

That’s it. Dat is alles wat er bij het gebruik van vragenlijsten komt kijken. De volgende keer dat je een patiënt spreekt met negatieve overtuigingen weet jij dus wat je moet doen. Wil je het artikel van Murray en collega’s zelf lezen? Volg dan de link.

Bron

  • Murray, H., Kerr, A., Warnock-Parkes, E., Wild, J., Grey, N., Clark, D. M., & Ehlers, A. (2022). What do others think? The why, when and how of using surveys in CBT. the Cognitive Behaviour Therapist, 15, e42

Misschien ook interessant voor jou