Agorafobie

Patiënteninformatie voor volwassenen

door VGCt
8 minuten leestijd

Cognitieve gedragstherapie (CGT) leert je om anders tegen moeilijke situaties aan te kijken en om daar anders mee om te gaan. De therapie gaat over gedachtes en gedrag, ofwel denken en doen. De eerste stap is om de klacht in kaart te brengen. Daarna werk je met de therapeut samen om je doelen te bereiken. Je onderzoekt in welke mate je gedachtes en gedrag helpend zijn. Dat doe je door samen na te denken en vooral door dingen uit te proberen. Vaak blijkt dat de situatie niet zo negatief is als je denkt (verwacht), maar je moet het eerst ervaren om het te geloven. Door deze aanpak verminderen je klachten. Je wordt sterker, voelt je veiliger en hebt meer controle. De mensen om je heen zijn ook belangrijk in de therapie en worden waar mogelijk betrokken om verder te komen.

Wat is agorafobie?

Als je bang bent voor openbare ruimtes of plekken waar je niet weg kan, uit angst voor paniekgevoelens, de angst zelf of voor gênante toestanden (zoals overgeven, flauwvallen, naar de wc moeten), dan kan er sprake zijn van agorafobie. Agorafobie wordt ook wel pleinvrees of straatvrees genoemd.

Deze angst gaat eigenlijk altijd gepaard met vermijdingsgedrag op heel veel terreinen; van vermijding bij vervoer (of je nu reist per auto, bus of trein) tot vermijding van andere mensen (bijvoorbeeld in een winkel, bioscoop of schoolgebouw).

Als je agorafobie hebt, zoek je dikwijls steun bij een ander om je veilig te voelen of je gebruikt andere middelen hiervoor (bijvoorbeeld een hond, je telefoon, een flesje water, pillen). Het kan zelfs zijn dat je je voorbereidt op elke stap buiten de deur
door een ander eet- of slaappatroon aan te houden of door geen contacten meer aan te willen gaan. Daardoor worden je leven en je bewegingsvrijheid uiteindelijk heel klein.

Wanneer heb je hulp nodig?

Wanneer je niet meer in staat bent om op de voor jou belangrijke afspraken te verschijnen, zowel beroepsmatig, sociaal
als met je familie, dan wordt je functioneren erg beperkt door je angsten. Ook al denk je dat je erger voorkomt, eigenlijk weet je wel dat de nadelen van je vermijdende opstelling heel groot zijn en dat je niet het leven kunt leiden dat je zou willen.

Hoe ontstaat agorafobie?

Vaak ontstaat de angst toevallig; je voelde hartkloppingen of misselijkheid in de winkel en je bent naar buiten gegaan om hiermee om te gaan. Dat werkte voor jou op dat moment. Best een plezierige oplossing, maar de hierop volgende voortdurende vermijding speelt een grote rol bij het ontstaan en blijven bestaan van de agorafobie. Vermijden wordt jouw manier om met je nare gevoelens om te gaan. Kinderen van angstige ouders hebben een grotere kans om ook een angst te ontwikkelen; erfelijke en opvoedkundige factoren lijken een rol te spelen.

Wat is cognitieve gedragstherapie?

Cognitieve gedragstherapie onderzoekt de samenhang tussen gebeurtenissen, gevoelens, gedachten en gedrag. Het is een actieve therapie, waarbij je onderzoekt wat je klachten precies zijn en wat ze beïnvloedt. CGT is evidence based: uit onderzoek blijkt dat de behandeling werkt bij het verminderen van verschillende soorten klachten. Als je wilt weten of de CGT-behandeling wordt vergoed, kun je het beste contact opnemen met je zorgverzekeraar. Soms is een combinatie van therapie en medicijnen nodig. Wat voor jou het beste is, bekijk je samen met je behandelaar.

Wat kun je verwachten van een behandeling?

De aanpak van agorafobie zal beginnen met het in kaart brengen van jouw specifieke angsten en vermijding en wanneer je die precies ervaart. Het kan dan gaan over paniekgevoelens, paniekaanvallen of lichamelijke klachten. Ook kijkt de therapeut samen met jou wat de voor- en nadelen zijn van je vermijdingsgedrag, zodat jullie zicht krijgen op wat er geoefend moet worden. Dikwijls denk je namelijk een gevaar uit de weg te gaan, maar heb je al een hele poos niet meer onderzocht of dat klopt. Daarom zul je in de behandeling veel tijd besteden aan wat we ‘exposure in vivo’ noemen. Je gaat de angstige situatie in en ervaart blootstelling aan hetgeen je moeilijk vindt. Daarna kijk je wat er nu eigenlijk gebeurde; viel je flauw, moest je overgeven, kon je het niet volhouden?

Je zult vaak en onder allerlei omstandigheden gaan oefenen. Liefst ook alleen (dus buiten de sessie om). Stapje voor stapje raak je zo weer vertrouwd met de gevoelens van spanning. Door het aanpakken van je vermijdingsgedrag leer je dat de verwachte gevolgen niet uitkomen en worden ook je negatieve automatische gedachten besproken en aangepakt.


Het is belangrijk om deze behandeling ook te bespreken met je naasten. Zij kunnen je helpen met oefenen of je motiveren om door te gaan. Je behandelaar kan je naasten ook uitnodigen en uitleg geven over hun rol. Soms moeten ze namelijk even niets doen en thuis blijven, juist om jou weer zelfstandig te maken en op pad te laten gaan.

Een behandeling wordt afgesloten als je zelf weer vooruit kunt en zicht hebt op de aanpak van (nieuwe) angstige situaties.

Wel of geen medicatie?

Het is bekend dat medicatie kan helpen en je lichamelijke klachten kan onderdrukken, maar eigenlijk leer je dan niet
om om te gaan met een min of meer gewone reactie van je lichaam. Deze reacties zijn namelijk geen ‘alarmbel’ voor een dreigende ramp. Veel vaker is het vals alarm. Starten met medicatie is volgens de richtlijnen een latere stap in de behandeling, als je CGT al hebt geprobeerd.

Over de behandeling

Een behandeling bestaat meestal uit 10 tot 25 wekelijkse sessies. Die sessies (soms in groepsverband) duren meestal 45 tot 60 minuten. Hoeveel sessies er precies nodig zijn, hangt af van de ernst van je klachten. Het kan zijn dat sommige klachten niet helemaal verdwijnen. De behandeling kan je dan wel helpen om er minder last van te hebben.

Over de therapeut

Meestal krijg je cognitieve gedragstherapie van een therapeut die psycholoog is. Dat is iemand die een studie psychologie aan de universiteit heeft afgerond. Het is belangrijk dat je vertrouwen hebt in je therapeut en dat je samen tot goede afspraken komt over de behandeling. Vind je dingen niet prettig gaan in de behandeling? Dan mag je dat altijd zeggen. Of vraag om een andere therapeut als je er samen niet uitkomt.

Lees de volledige informatie in de brochure hierboven.

Misschien ook interessant voor jou