Volgorde-effecten in combinatiebehandeling PTSS

PE vóór EMDR geeft betere behandeluitkomst

door Mieke Ketelaars
4 minuten leestijd

Verlengde exposure (PE) en EMDR zijn beide effectieve therapievormen bij PTSS. Bovendien zijn er inmiddels onderzoeken die suggereren dat een combinatie van beide behandelvormen de behandeluitkomst nog verder verbetert. Onderzoek van Agnes van Minnen en collega’s toont aan dat we dan wel rekening moeten houden met de volgorde van de behandelingen: PE voorafgaand aan EMDR geeft een betere behandeluitkomst dan wanneer EMDR wordt gevolgd door PE.

EMDR versus PE

Zowel PE als EMDR richten zich op traumatische herinneringen. Toch wijzen onderzoekers op de verschillende mechanismen die aan beide behandelvormen ten grondslag liggen. Zo gaat PE uit van een confrontatie met traumatische herinneringen. Bij EMDR wordt juist ingezet op het principe van afleiden door overbelasting van het werkgeheugen. In die zin is het dan ook goed mogelijk dat een combinatie van behandelvormen de behandeluitkomst kan verbeteren.

Volgorde maakt uit

Om te kijken of de volgorde waarin beide behandelingen gegeven worden uitmaakt, splitsten van Minnen en collega’s 106 cliënten met PTSS in twee groepen: de eerste groep van 44 cliënten kreeg in de ochtend PE, gevolgd door een middagsessie EMDR. De tweede groep van 62 cliënten volgde dezelfde behandelingen in omgekeerde volgorde. De totale behandeling bestond uit 8 sessies van beide behandelvormen in een tijdsbestek van twee weken. Elke dag bestond uit twee therapiesessies van 90 minuten. Tussen de beide sessies werden andere activiteiten aangeboden, waaronder fysieke activiteit en psychoeducatie.

Het resultaat was opvallend: hoewel beide groepen profiteerden van de combinatiebehandeling, liet groep met ochtend PE een sterkere afname zien in PTSS (Cohen’s d = 0.54). En waar beide groepen de zwaarte van PE en EMDR als identiek ervoeren, had de PE-EMDR groep het idee dat zowel de EMDR als de PE en de specifieke PE-EMDR volgorde nuttiger was. Het ervaren nut van de behandeling werkte bovendien door in de afname van PTSS-symptomen. Opvallend was ook de voorkeur van cliënten: 58 procent gaf de voorkeur aan PE gevolgd door EMDR, terwijl 42 procent liever eerst EMDR deed gevolgd door PE.

Verklaring

De resultaten van van Minnen en collega’s suggereren dat de volgorde van behandelingen bij een combinatiebehandeling van invloed kunnen zijn op de behandeluitkomst. Voor de positievere uitkomst van de PE-EMDR groep geven de onderzoekers twee verklaringen. Bij PE wordt een appèl gedaan op het angstnetwerk. Het activeren van zogenaamde hotspots kan ervoor zorgen dat het angstniveau ook na afloop van een PE-sessie nog vrij hoog is. Bij EMDR wordt er nadrukkelijker ingezet op een afname van het angstniveau in de sessie. De volgorde PE-EMDR zou daarmee sterker kunnen werken, omdat de hotspots in de ochtend al worden geactiveerd. De sterkere voorkeur van cliënten voor deze volgorde kan ook in dit licht worden bezien. De vraag is echter waarom dit niet terug te zien is in de ervaren zwaarte van de behandeling.

Als alternatieve hypothese noemen van Minnen en collega’s ook het tijdseffect van fear extinction learning. Uit onderzoek blijkt namelijk dat dit beter werkt wanneer dit vroeg in de ochtend plaatsvindt. Hoe dan ook, het resultaat van van Minnen en collega’s zal zeker nog moeten gerepliceerd. Tegelijkertijd geeft het wel een mooi inkijkje in de toekomst van PTSS-behandeling.

Meer weten over EMDR of combinatiebehandelingen? Luister dan ook naar onze podcast over EMDR.

Bron

Van Minnen, A., Voorendonk, E. M., Rozendaal, L., & de Jongh, A. (2020). Sequence matters: Combining Prolonged Exposure and EMDR therapy for PTSD. Psychiatry Research, 113032. https://doi.org/10.1016/j.psychres.2020.113032

Misschien ook interessant voor jou