N=1 – De verlammende werking van topsport

door VGCt
7 minuten leestijd

Wie de opleiding tot cgt’er volgt, bewijst zijn of haar bekwaamheid onder meer met een N=1. In deze rubriek blikt een cgt’er terug op de eigen bekwaamheidsproef.

Carine van Empelen

Functie:
gz-psycholoog

Werk:
Carine heeft, sinds ze er zeven jaar geleden begon, op verschillende afdelingen van GGZ inGeest gewerkt.
Momenteel werkt ze bij het Expertisecentrum Psychosomatiek en als behandelaar van PTSS-5. Dit is een intensieve vijfdaagse behandeling voor mensen met (complexe) PTSS.

Evelien* kwam bij Carine met verlammingsverschijnselen. Gemiddeld zes keer per dag viel de functie van haar linkerbeen uit, waardoor ze soms ten val kwam. Met haar topsportcarrière was ze om die reden gestopt. De neuroloog ontdekte geen fysieke oorzaak en zo werd Evelien gediagnosticeerd met FNS; Functioneel Neurologische Stoornis.

Bij GGZ inGeest helpen ze geregeld patiënten met FNS. Vaak zijn het mensen met PTSS en/of ze hebben bepaalde persoonlijkheidskenmerken, zoals perfectionisme, die ervoor zorgen dat ze het lastig vinden om persoonlijke grenzen aan te geven. Afhankelijk van de persoon en de herkomst van de klachten, krijgen deze patiënten hypnosetherapie of CGT. Carine: “Evelien had het nodige perfectionisme, maar ook een topsportverleden waarbij ze continu onder hoge druk had gestaan en haar lichaam had overbelast. Dit heeft ze als heel ingrijpend ervaren. Ook had ze weinig tijd voor ontspanning, piekerde ze veel en vond ze het lastig om emoties te voelen.”

Technieken

Carine begon met het G-schema, waarbij al snel duidelijk werd dat thema’s als schuldgevoel en grenzen een rol speelden. Ook stelde Evelien met Carine een vermijdingslijst op – Evelien vermeed drukke plekken uit angst dat haar benen zouden uitvallen. “We zijn aan de slag gegaan met het uitdagen van gedachten, gedragsexperimenten en exposureoefeningen. En ik gaf ontspanningsoefeningen mee. Daar ging Evelien meteen mee aan de slag; haar topsportmentaliteit hielp hierin enorm.”

Boze ouders

“Het meeste effect hadden de interpersoonlijke elementen van de behandeling. Een eyeopener voor Evelien was dat als je ‘nee’ zegt, mensen niet per definitie boos reageren. En dat het niet altijd jouw verantwoordelijkheid is als zij dat wél doen.” Zo gaf Evelien in haar vrije tijd sportles aan kinderen. Tijdens deze lessen had ze regelmatig last van ouders die hoge druk legden op haar en op de kinderen, waardoor Evelien vaak kritiek ontving. “Het hielp haar om zich te realiseren dat de teleurstelling van de ouders iets van hén was, en niet iets waar zij iets mee moest.” Voor het leren herkennen van emoties en signalen gebruikte Carine het signaleringsplan dat veel wordt ingezet bij FNS. “Groen betekent voor Evelien: niets aan de hand. Bij oranje voelen haar benen vaak zwaar aan, nemen piekergedachten toe en trekt ze zichzelf terug. Dat zijn voor haar signalen om het rustiger aan te doen. Zo voorkomt ze fase rood, waarin uitvalsverschijnselen ontstaan.”

Aanzienlijk effect

Nee zeggen, cognitieve en fysieke signalen herkennen en het veranderen van de mindset (‘ik ben niet verantwoordelijk voor de teleurstelling van iemand anders’) zorgden er al na vier sessies voor dat de uitvalsverschijnselen verminderden. Bij sessie zeven waren ze helemaal verdwenen. Carine: “We hebben veel aandacht besteed aan de vraag: hoe zorgen we dat de klachten op termijn wegblijven? Daar heeft het groen-oranje-rood-schema goed bij geholpen. Op een bepaald moment had Evelien een festival gepland. Ze twijfelde of ze zou gaan; het ging weliswaar beter, maar de angst om te vallen lag op de loer. Áls ze zou gaan, hoe voorkwam ze dan dat ze daar de week van tevoren veel over zou piekeren? Samen hebben we een plan bedacht, waarin haar vrienden – die voor die tijd al een grote betrokkenheid hadden getoond – een belangrijke rol speelden. Evelien sprak met hen af dat ze haar in de gaten zouden houden en dat een van hen haar thuis kon brengen, mocht dat nodig zijn. Die afspraak stelde haar gerust en liet Evelien inzien dat het helpend kan zijn om de omgeving te betrekken.”

Follow-up

Drie maanden na de laatste sessie planden Carine en Evelien een nieuwe afspraak in. Carine: “Ze had vijf minuten uitvalsverschijnselen gehad, wat waarschijnlijk het gevolg was van stressvolle weken. Omdat Evelien kon herleiden waar de uitvalsverschijnselen vandaan kwamen, heeft de uitval niet geleid tot angstklachten of vermijding. Ze heeft het idee dat het langdurig over grenzen gaan en het wegdrukken van pijn en emotie van invloed is geweest op het ontstaan en instandhouden van de conversie. Ze is zich ervan bewust dat deze kwetsbaarheid blijft bestaan en dat uitvalsverschijnselen kunnen optreden zodra ze in haar oude patroon vervalt van een volle agenda met weinig rustmomenten.

*In verband met privacy is dit is een gefingeerde naam.

In het Tijdschrift voor Gedragstherapie (editie 3-2023) staat een uitgebreid en verdiepend artikel over deze casus, geschreven door Carine van Empelen en Michel Reinders. VGCt-leden kunnen dit artikel lezen via de QR-code.

Terugblik

Carine: “Vallen omdat je benen niet werken moet heel beangstigend zijn. Zeker als je droomt van een topsportcarrière. Toch sprak Evelien makkelijk over haar klachten; ze toonde weinig emotie. Ik denk dat dat komt doordat haar leven lang weinig aandacht is besteed aan het voelen van emoties of fysieke signalen, waardoor ze het lastig vindt om die emoties te herkennen. Achteraf gezien had ik in onze gesprekken zélf wel wat meer aandacht voor haar gevoel willen hebben. We hebben gefocust op het cognitieve stuk, maar ik ben benieuwd wat er was gebeurd als ik wat meer had gevraagd naar wat de verlamming emotioneel met haar deed. Een sterk punt vond ik de registratie. Omdat we bij FNS zo weinig inzicht hebben in wat er gebeurt, is bij deze stoornis registratie heel belangrijk. Daarom zit ik daar bij FNS-patiënten bovenop; hoe vaak komt de klacht voor en wat ging eraan vooraf? Het groen-oranje-rood-schema is daar een helpend middel voor.”

Misschien ook interessant voor jou